Kool (& Comp.), J.

Kool (& Comp.), Jan: Familiebedrijf te Zaandijk (1774-1837), opgericht in 1774 door Jan Aggesz. Kool (1742-1816) met compagnons  Gerrit Caescoper Honigzoon (1718-1778) en diens zoon Claas Gerritsz. Honig (1745-1813), werkzaam met witpapiermolen ‘De (Zwarte) Bonsem‘ te Koog aan de Zaan. Als  vurig patriot fabriceerde Kool in 1795 een grote hoeveelheid papier, voorzien van een Vrijheidsboom of Liberté als watermerk. Uit 1800 is het Koopmansmerk Zaans dubbelkruis bekend; van 1808 tot 1810 het Wapen van Koninkrijk Holland; voorzien van de initialen van Lodewijk Napoleon slechts van 1808 tot 1810. Hiervan zijn voorbeelden bewaard in de papiercollectie van de Stichting Archief Honig(h). Uit 1810 is voorts het watermerk bekend van de Klimmende gekroonde Leeuw met kromzwaard en roedebundel. In 1815 worden als watermerken de Hollandse Leeuw, de Posthoorn in gekroond schild en Lofwerk met kruis en Pro Patria vermeld. Naast zijn inspanningen als papierfabrikeur was Kool actief als directeur van de afdeling Zaandijk van de Oeconomische tak der Maatschappij der Wetenschappen en lid van de Municipale Raad van Zaandijk.

VELIJNPAPIER

De referentie ‘Grootbrittanje’s Kunstvermogen’ in de aanhef van de lofzang uit 1809 houdt enerzijds verband met de door Napoleon verordonneerde handelsblokkade, maar evenzeer met de Britse uitvinding en productie van het velijnpapier. De Amsterdamse uitgever Evert Maaskamp (1769-1834)  bezorgt op 5 augustus 1802 bij de Raad van Binnenlandsche Zaaken der Bataafsche Republiek een ingelijste, zinnebeeldige gravure door Ludwig Portman naar Jacques Kuyper, getiteld ´Vrede´, benevens een proefdruk, waarover hij met gepaste trots vermeldt: ´dat het papier waarop byde gedrukt (zijn), vaderlants is en het welk vervaardig is door J. Kool te Zaandyk die tans besig is het Engels velin en druk papier in perfectie na te maken en hier in als dit ten proeve gelukkig reuseert.´ Afdrukken van deze stippelgravure, zowel in zwart-wit als in kleur zijn bewaard in de Atlas van Stolk. Het is Kool die het op zijn naam heeft gezet de Britse uitvinding van het Velijnpapier in de Zaanstreek te hebben geïntroduceerd. Hierover valt te lezen bij Dr Jane de Iongh in haar jubileumboek over de firma Van Gelder Zoonen en bij H. Voorn in zijn standaardwerk over de Papiermolens in de provincie Noord-Holland.  Op 9 oktober 1807 laat hij zijn collega’s weten ‘onderrichting te hebben bekomen omtrent de Papierfabriek betreffende, dat zij Heeren Comparanten gaarne willende toebrengen wat ter bevordering en verbetering van derselver Fabrieken zoude kunnen strekken, zij Heeren Comparanten waren te raden geworden deswegens met den anderen aan te gaan het navolgende Contract.’ Daarbij zou Kool ‘bij hem reeds gemaakte of nog te makene Bakken, Rollen, Persen of wat ook tot gemelde Fabriek benodigd zou wezen’, alsmede ‘het door hem bekostigde onder den Vurmenmaker Willem Bakker te Koog benodigde , tot het weven van koperdoek ter Fabriceering van Papier vereischt wordende.

EEREPRIJZEN

Uitgeverij Maaskamp publiceerde ook de geanonimiseerde auteur Willem Kist (1758-1841) zijn “Karakterschetsen, Zeden en Gewoonten van Nederlandse Mannen en Vrouwen in 1816 bijeenverzameld op eene reize door het Koninkrijk der Nederlanden door den Engelschen Reiziger G. Johnson, en den Schrijver van den Ring van Gyges wedergevonden. Eerste deel. Noord Holland”. De karakterschets van de Zaanstreek besluit met een uitgebreid en lovend rapport over de firma J. Kool en Comp. In het 24ste hoofdstuk , getiteld “De Papiermolens” pleit het personage Heer Maasstroom bij zijn Engelse gast de Heer Johnson er voor een bezoek te brengen aan de ‘alomme vermaarde Papier-Fabrijk van de verdienstelijke Heeren J. Kool en Comp., welke niet verre van hier ligt.’ ‘Door ongemeene vlijt en vernuft is dezelve van zeer kleine beginselen zoo vermaard geworden, dat, toen de communicatie met Engeland gestremd was, zij zeer aanzienlijjke commissien niet alleen van Zwitserland, maar ook van bijna alle Landen van Europa ontvingen.’  Maasstroom vervolgt zijn lofrede aldus: ‘Het eerst, zoo als mij omstandig berigt is, ondernamen zij om plaatdrukken en velin-papier te vervaardigen. In het jaar 1795 ontvingen zij eene zilveren Medailje van den zoo genaamden Oeconomischen Tak voor het maken van papier voor koperen platen geschikt, als mede eene gouden Medailje voor het druk mediaan papier, dat voor het beste buitenlandsche niet behoefde te zwichten. In het jaar 1796 werden hun zes dukaten ter hand gesteld ter aanmoediging om velin – teeken papier te vervaardigen. Hierop volgde in het jaar 1798 eene zilveren Medailje voor het bewerken van eene betere soort van druk papier voor koperen platen. In het jaar 1804 werden zij met eene groote Medailje begiftigd voor het nog voortreffelijker teeken-papier voor koperen platen.’ Uiteindelijk wordt ook de koninklijke onderscheiding gememoreerd: ‘In het jaar 1809 werd hun bij de algemene tentoonstelling door den voormaligen Koning  L O D E W I J K  de groote zilveren Medailje vereerd, en in latere jaren werden zij aangezocht om niet alleen voor de Pruissische obligatien, maar ook voor de Nederlandsche Bank papier te bereiden; om nu niet te spreken van het papier, hetwelk zij voor het huis van HOPE en Comp. vervaardigd hebben, hetwelk voor de  Russische Obligatien moest dienen, en te voren door Engelsche Fabrijken was geleverd.’ Op de “Tweede Openbare Tentoonstelling der Voortbrengselen van de Hollandsche Nationale Vlijt” te Amsterdam in 1809 werd de firma JAN KOOL en COMP., Papier-Fabriekeurs te Koog aan de Zaan voor de ingezonden ‘Diverse soorten van Velinen Plaatdrukpapierin de Achtste afdeeling: Papier door den Minister, op voordragt van bovengenoemde Commissie, van ’s Konings wege, de Zilveren Eereprijs toegekend. Boven anderen muntten uit Groot- Atlas en Roijale Teeken-papieren, alsmede het Velin in soorten van J. KOOL en Comp..

Besloten wordt met een actueel wapenfeit, waar wordt vermeld, dat Kool ook het papier levert voor een gegraveerde prent naar het panorama van de Slag bij Waterloo, dat Maaskamp in 1816 op het Leidesplein ‘uit echte bronnen’ had laten samenstellen: ‘Thans verneem ik ook met groot genoegen, dat die Heeren, tot een proefstuk van hunne bekwaamheid, een zeer fraai papier vervaardigen voor het gedenkstuk van Nederlands roem, den Slag van Waterloo, welke gravure door den beroemden Graveur W. van Senus naar de Schilderij van den Heer  J. ODEVAERE bewerkt wordt.’  Exemplaren van deze gravure zijn opgenomen in het Rijksprentenkabinet , het Stadsarchief Amsterdam, de Atlas van Stolk en de Atlas Van Gijn. In 1818 werd door de Gebroeders Van Cleef een kloeke “Atlas der Overzeesche Bezittingen van Zijne Majesteit de Koning der Nederlanden” uitgegeven, samengesteld door Js. Van den Bosch. Ook deze werd gedrukt op papier van J. Kool & Comp.

 

JAN JACOBSZ. KOOL (1776-1837)

Na diens dood in 1816 werd Jan Aggesz. Kool opgevolgd door zijn neef, Jan Jacobsz. Kool (1776-1837), de zoon van zijn broer. Evenals zijn  generatiegenoot en zwager Jacob Breet, vervaardigde Kool junior, als papierfabrikant in opleiding, constructietekeningen voor een witpapiermolen.  De doopsgezinde witpapierfabrikeur Jan Jacobsz. Kool werd geboren 2 januari 1776 te Wormerveer als zoon van Jacob Aggesz. Kool en Engeltje de Jong. In 1795 huwde hij Neeltje Jans. de Jager (1773-1843) met wie hij drie dochters kreeg: Aagje (1801-?), Engeltje (1803-1873) en Trijntje (1805-1882). Het gezin woonde aan de Lagedijk 52 in Zaandijk.

Jan Jbz. Kool was van 1817 tot 1833 directeur van de Oeconomische Tak te Zaandijk.  Bovendien was hij actief in de doopsgezinde gemeente en als weesvader en armenvoogd.

In 1817 behoort Kool tevens tot de oprichters en eerste bestuursleden van de vrijmetselaarsloge Anna Paulowna te Zaandam. Op 18 augustus 1825 kon Kool te Haarlem een zilveren medaille in ontvangst nemen voor zijn papierproductie. Deze is bewaard in het Zaans Museum binnen de Collectie “Jacob Honig Jsz. Jr.” [Cat.nr. 1914-444; ZOV-02130]. Uit 1826 is een watermerk gedocumenteerd van een posthoorn op een schild, bekroond door een papyrusbloem.

In 1827 staat Kool te boek als Dirigerend lid van de Nederlandsche Huishoudelijke Maatschappij. Jacob Breet is dan aangesteld als thesaurier en overige Zaandijker leden zijn o.m. de papierfabrikeurs Klaas Breet, Jan van Vleuten, Pieter Smidt van Gelder en Jacob Jansz. Honig, almede de burgemeesters Dirk Dekker (Zaandam), Everh. Smit (Koog aan de Zaan) en Willem Smit (Assendelft). Nadat Jan Jbz. Kool op 7 maart 1837 te Zaandijk zonder opvolging sterft, wordt De Bonsem op 30 april 1838 verkocht, waarna deze tot pelmolen zal worden verbouwd. In 1835 heeft ook de Zaandijker papierfabrikeur Jan van Vleuten het leven gelaten, waarmee het bedrijf Jan, Claes en Aris van der Ley tot een eind komt. In 1837 werd bovendien J. HONIG & ZOONEN opgesplitst. Van de drie voornaamste Zaandijker witpapierbedrijven van het eerste uur resteert dan alleen nog C & J HONIG BREET.

 

Papier van J. Kool & Comp. in archieven

Het Gemeentearchief Zaanstad bewaart de papiercollectie van de Stichting Archief Honig(h), Hierin zijn riemkappen vertegenwoordigd met beeltenissen naar merkblokken van de Vrijheidsboom, de Klimmende Leeuw en de Posthoorn, alsmede naar gravureplaten van Postruiters, Molen De Bonsem en een Zuil met opschrift Pro Patria. De digitale ontsluiting van deze collectie is in voorbereiding. Voorts: Papiermonsters met watermerken Bekroond wapenschild met posthoorn, Pro Patria (Holl. Tuin), Zaans dubbelkruis, Gekroonde klimmende leeuw met sabel op sokkel, Posthoorn bekroond door papyrusbloem, Wapen van Kon. Holland LN: 21 constructietekeningen van molens (1777-1792) met Franse lelie, 2 plattegronden (1791) en 3 manuscriptkaarten (1804) en schetsboekje met landschapsstudies door Breuhuis de Groot.

Het Noord-Hollands Archief te Haarlem bewaart in de collectie Riemkappen exemplaren van de firma J. Kool & Comp. uit ca. 1830, voorzien van een Zaans dubbelkruis in hart en uit ca. 1839 [nr. 152.21], voorzien van het hoofdmerk ‘Pro Patria’ [nr. 152.22] en daarmee complementair aan de riemkappencollectie in het GAZ. Het Noord-Hollands Archief bewaart voorts een gravure getiteld “De Ruinen van den Brand te Uithoorn. Deeze Brand begon den 23 July 1781. ‘s Morgens om 10 uuren; en omtrent half 3 uuren lag alles genoegzaam in assche en puin” door Verstegen ad viv: del. 1781.r.o.: C. Philips sculps. op papier [184 x 255 mm.] met contramerk: J Kool & Comp.

Het Architektuurmuseum der Technischen Universität te München bewaart o.m. vier bouwtekeningen uit 1828 en 1842/1843 door Friedrich von Gärtner, op papier voorzien van watermerken van J. Kool & Comp. Het betreft ontwerpen voor de Staatsbibliotheek en een Expositiegebouw aan de Königsplatz te München.

Het Kupferstichkabinett in Berlijn beschikt over negen bouwtekeningen voor het Altes Museum en een tekening van ruiters van de Pommerse landweer op papier met watermerken van J.Kool & Comp. Hierop is als watermerk een klimmende leeuw te zien. [Deutsche Digitale Bibliothek].

De Library of Congress in Washington D.C.  bezit 50 manuscript-kaartbladen van Spaanstalige landen in Zuid-Amerika, vervaardigd op papier met watermerken van J.Kool. Tot de meest voorkomende watermerken in deze collectie behoren de Franse lelie [´Strasburg fleur-de-lis´] en een Haan met druiven [´rooster over cluster of grapes´].

 

Literatuur

  • Dr Jane de Iongh: Van Gelder Zonen (1784-1934) (Haarlem in 1934).
  • W.Visser: Van schepraam tot papiermachine. Overzicht der witte kunst in Nederland ( 1954).
  • H. Voorn: De papiermolens in de provincie Noord- Holland (Haarlem, De Papierwereld, 1960).
  • Ellen van der Grijn en Adriaan Cardinaal: De Zaanse papierindustrie Traditie en modernisering (In: Zaans Erfgoed)
  • Eveline Koolhaas- Grosfeld: De Ontdekking van de Nederlander in boeken en prenten rond 1800” (Zutphen 2010)
  • Pier van Leeuwen: Nieuwsbrief Special Honig Breethuis (Zaandijk 2017)